Vernieuwing van je smaakpapillen 

We hebben het vast allemaal wel eens gehad dat je iets als kind niet lust en het jaren later ineens heel lekker vindt. Dit komt niet alleen doordat je het hebt leren eten. Je smaakpapillen veranderen naarmate je ouder wordt. In dit artikel lees je meer over de verandering van je smaak. 

Je smaak 

Wat je lekker vindt is voor een gedeelte al genetisch bepaald. Je ontwikkelt je smaak dus al voor een gedeelte voor je geboren bent in de baarmoeder. Naar mate je ouder wordt, ga je vaker nieuwe dingen proeven. Smaken die je vaak eet, ga je automatisch lekker vinden. De cultuur waarin jij opgroeit, heeft daarom ook veel invloed op wat jij lekker vindt. Daardoor houden mensen uit Azië en Zuid-Amerika bijvoorbeeld meer van pittige gerechten dan Europeanen.  

Baby’s proeven het beste 

Dit zou je misschien verbazen, maar eens in de twee weken verdwijnen enkele oude smaakpapillen en maakt je lichaam nieuwe aan. Naar mate je ouder wordt, sterven er steeds een paar van je smaakpapillen af. Steeds meer smaakpapillen verdwijnen en er komen er minder nieuwe voor in de plaats. En dat gaat veel sneller dan je denkt. Bij de geboorte heeft een baby wel duizend smaakpapillen. Het aantal smaakpapillen neemt zo snel af, dat het tegen de tijd dat een kind tien is al is gehalveerd. Ongeveer rond je dertigste heb je nog maar 250 van die smaakpapillen over. Hierdoor ervaar je de smaken steeds minder. Daardoor kan iets wat je vroeger heerlijk vond een stuk minder smaken en ook andersom natuurlijk. Als kind is je smaaksensatie veel hoger. 

Je smaakpapillen trainen 

Bij alle nieuwe dingen die je voor het eerst eet, heb je een bepaalde wen of wachttijd. Dit zorgt ervoor dat je de eerste keer dat je bijvoorbeeld haring eet, niet meteen zin hebt in de volgende keer dat je het eet. Vooral voedingsmiddelen met een aparte smaak hebben een lange tijd nodig voor we het lekker vinden. Je zou zo’n voedingsmiddel ongeveer 5 tot 10 keer moeten proberen voor je pas echt kan zeggen of je het lekker vindt of niet.